Een rondje langs de velden: Stijn Heijs

Een gevarieerd gezelschap met zeer verschillende achtergronden dat een passie voor voedselbossen met elkaar deelt. Zo zou je het bestuur van Stichting Voedselbosbouw kunnen omschrijven. Wie zijn deze ‘voedselbospioniers’? Wat zijn hun drijfveren en hoe geven zij invulling aan hun ambitie om in vijf jaar tijd minstens honderdvijftig hectare voedselbos te realiseren op landbouwgronden? In de nieuwe rubriek ‘Een rondje langs de velden’ stellen wij hen aan jullie voor. Het woord is aan bestuurslid Stijn Heijs. ”Met alleen een mening kun je de wereld niet veranderen, met een overtuigend voorbeeld wél.”

Het ondernemen is Stijn Heijs (59) met de paplepel ingegoten. Zijn vader runde een supermarkt in Boxmeer en daarna was hij jarenlang werkzaam in de levensmiddelenindustrie bij bedrijven als Nutreco en Pingo Poultry om hierna aan de slag te gaan als crisis- en veranderingsmanager bij een verpakkingsbedrijf. In het afgelopen decennium stond Stijn ook wel bekend als de ‘bedrijvendokter van Overloon’.

Een ondernemer met idealen en een hart voor de natuur

In deze rol begeleidde hij veel veranderprocessen en hielp hij bedrijven die zich in zwaar weer bevonden weer op de rit. Maar misschien kun je Stijn wel het beste omschrijven als een ondernemer met idealen en een hart voor de natuur. Zo was hij jarenlang voorzitter van een natuurwerkgroep in het Brabantse Rucphen waarin hij actief was met bosbeheer. Ook is hij eigenaar van Voedselbos In ’t Holt in Overloon en coördinator van Netwerk Voedselbossen Noordoost Brabant en Noord-Limburg

Stijn_Heijs

Stijn Heijs, bestuurslid van Stichting Voedselbosbouw - foto's: Rebke Klokke

Van ‘echte doener’ naar ‘lui boeren’

Stijn beschouwt zichzelf als een echte ‘doener’. Als veranderingsmanager houdt hij ervan stappen te maken en doelgericht aan het werk te gaan. Deze kwaliteiten zet hij nu ook in binnen de Stichting Voedselbosbouw. De kiem hiervoor werd in 2016 gelegd, toen Stijn een flyer onder ogen kreeg over een basiscursus Voedselbossen. “Dit was me echt op het lijf geschreven en ik schreef me meteen in. Hoe meer ik me erin verdiepte, hoe dieper ik onder de indruk raakte van de enorme potentie van voedselbossen. Het is een vorm van natuurinclusieve landbouw waarbij de natuur al het werk voor je doet. Een voedselbos bos houdt zichzelf in stand, is goed voor de biodiversiteit en je hoeft de grond niet te bemesten, bespuiten of bewerken. Dat noemen we ook wel ‘lui boeren’ en ik bén ook best lui aangelegd, maar beschouw dat als een sterke eigenschap. Het betekent dat je altijd naar manieren zoekt om dingen zo efficiënt en slim mogelijk te doen. Dat heeft me als veranderingsmanager ver gebracht en in een voedselbos werkt het precies zo.”

Stijn II

Stijn Heijs tijdens de plantdagen in Voedselbos Schijndel

Stijn volgde tal van cursussen en masterclasses en in juni 2020 kwam hij het bestuur van Stichting Voedselbosbouw versterken. Maar dat kwartje was eigenlijk al veel eerder gevallen, vertelt hij. Om precies te zijn toen Stijn twee jaar geleden een informatieavond over Voedselbos Schijndel bezocht. “Ik wilde graag een bijdrage leveren aan deze transitie en besloot dat er méér is in het leven dan hard werken. Ik stopte met mijn werk als veranderingsmanager en ben fulltime voor de stichting aan de slag gegaan”, zegt hij. “Eigenlijk doe ik dit nog steeds als een soort veranderingsmanager. In de afgelopen decennia zijn natuur en landbouw uit elkaar gedreven. Ik wil helpen deze werelden weer aan elkaar te verbinden. Voedselbossen zijn niet alleen goed voor de natuur, maar ook een goed verdienmodel waarmee boeren per hectare meer kunnen verdienen dan met gangbare landbouw”, vertelt hij. “Ik heb zeventien jaar tussen de boeren gewerkt en hun taal leren spreken. De boer heeft een imagoprobleem en wordt, vaak ten onrechte, gezien als iemand die de natuur kapotmaakt. Maar de meeste boeren leven juist voor de natuur. Het huidige landbouwsysteem is echter wél schadelijk en heeft zijn langste tijd gehad. Voedselbosbouw is één van de methodes om niet alleen boeren een fatsoenlijke boterham te geven, maar ook om de natuur te beschermen.” Als ‘bedrijvendokter’ is Stijn gewend om crises het hoofd te bieden en transities te begeleiden. “Het landbouwsysteem is ook ziek, maar om een patiënt te behandelen, moet hij wél begrijpen dat hij ziek is. En als je weet wat de oorzaken zijn, kun je een diagnose te stellen en naar oplossingen zoeken. Zo ga ik ook in gesprek met boeren, want ik heb geleerd dat je met een mening de wereld niet verandert, maar met een overtuigend voorbeeld wél.”

Op weg naar een duurzame doorbraak

Binnen de stichting maakt Stijn zich sterk voor fondsenwerving. Ook onderzoekt hij sinds de start van het programma Duurzame Doorbraak Voedselbosbouw de mogelijkheden van een rendabele afzet van de voedselbossenoogst. Zijn werkgebied bevindt zich voornamelijk in Brabant en Limburg, die hij omschrijft als ‘koplopers op het gebied van voedselbosbouw’. “Hier bevindt zich vijftig tot zestig procent van alle projecten die we nu in de pijplijn hebben. De grondhouding van veel boeren is nu veel positiever dan twee jaar geleden. Dat geldt zeker voor de nieuwe generatie boeren die het bedrijf van hun ouders overnemen. Het is heel inspirerend om te zien dat deze trein nu echt in beweging komt.” Als hem gevraagd wordt waar hij over vijf jaar wil staan, toont hij zich een man van de lange adem. “Wij kunnen onze ambities niet zonder boeren verwezenlijken en moeten hen meenemen in ons verhaal. Het is onze missie om in vijf jaar tijd minstens honderdvijftig hectare voedselbossen op landbouwgronden te realiseren. Als onderdeel van de bossenstrategie van LNV komt er mogelijk een programma bij voor aanleg van duizend hectare voedselbos. Als we er in de komende jaren in slagen hiervan vijfhonderd hectare te realiseren, dan hebben we het goed gedaan. En als de eerste voedselbossen straks tien tot vijftien jaar oud zijn, zal blijken dat dit een heel rendabel verdienmodel is dat op lange termijn levensvatbaar is en óók nog eens goed voor de natuur.”